De ashram en meer - Reisverslag uit Dharamsala, India van Sabine Cuyvers - WaarBenJij.nu De ashram en meer - Reisverslag uit Dharamsala, India van Sabine Cuyvers - WaarBenJij.nu

De ashram en meer

Door: sabine_cuyvers@hotmail.com

Blijf op de hoogte en volg Sabine

15 Juli 2012 | India, Dharamsala

Als getrainde yogi met ongeveer één week ervaring verhuis ik naar de ashram ;-). In de afgelopen week is er in mijn yogi carrière al veel gebeurd, volgens de kenners. Enkele dagen na mijn inwijding zit ik in de publieke ruimte van de ashram mee te volgen hoe Prem de meditatie begeleidt voor een groep van bijna tien mannen. Compleet onverwacht roept hij me naar voren en vraagt me het proces te versnellen. Ik val bijna van mijn stoel van verbazing. Dat ik dat mag doen en dat ik dat blijkbaar kan of zoals zij het zeggen ‘Ik ben het niet. Het is Shri Mataji die het via mi doet.’ Na de meditatie komen die kerels mij allemaal persoonlijk bedanken en nodigen me uit om met hen mee te gaan eten. Daar bedank ik voor, ik blijf nog even hier en krijg Hindi les en een kop Chai. Het is echt fijn keuvelen met die mensen en ze nodigen me uit om morgen mee naar een bijzondere meditatie te komen. Nou, ik ben benieuwd.
Het is zover, ik maak me klaar voor de ceremonie. Ik vind het reuze spannend. Mijn ego is natuurlijk gestreeld als ze me zeggen waarom ik de puja mag bijwonen, want je komt daar niet zomaar binnen enkel al je ‘ a true seeker from the heart’ bent. Vooraleer de ceremonie begint, zet ik mij samen met enkele anderen in de ruimte met de rode vloerbekleding en stem me af op ‘de moeder’. Tegen 16u wandel ik met Prem en Helen van Schotland mee naar het gebouw dat achterin ligt. Het is enorm groot en er ligt een enorm gebouw met een dak van golfplaten, de grond is bedekt met dekens en de betonen steunpilaren zijn beschilderd met kleurige bloemen. Op de muren hangen wijze uitspraken van Shri Mataji. Intussen weet ik al wat meer over deze bijzondere madam. Ze had een nauwe band met Gandhi en terwijl haar vader in de gevangenis zat, woonde ze in zijn ashram. In verschillende situtaties kwam Gandhi voor advies bij haar. Het doel van haar vader was om India onafhankelijk te krijgen. Shri Mataji hield zich jaren op de achtergrond en bestuurde het menselijk gedrag. Ze verzweeg haar goddelijke natuur. Haar doel was om de mensen in massa te doen ontwaken en hun hun zelfrealisatie te bezorgen. Haar vader was een ‘verlichte ziel’ en adviseerde haar met de raad om het stillekes aan te doen. Hij zei: ‘stel je voor dat jij op de 10de verdieping zit en de rest op het gelijkvloers. Je gaat hun eerst moeten laten ervaren dat ze tot bijvoorbeeld de tweede verdieping kunnen komen., want ze zijn zich daar helemaal niet bewust van’..Shri Mataji vertegenwoordigt de godin, het vrouwelijk principe en in haar eerste incarnatie was ze de dochter van vader Himalaya. Daarom is deze plek zo bijzonder, ze verbleef hier een tijd in 1985 om vader Himalaya te eren en omwille van de vibraties. Haar 10de incarnatie is deze van Shri Mataji. Ze reisde de hele wereld rond om de kundalini te doen ontwaken en had contacten met vele internationale leiders. Ik zag een foto van haar en Gorbatjov. In tussen zit op mijn eerste puja of ceremonie. Ik zet me lekker op mijn gemak in een stoel, de meesten zitten echter in kleermakerszit op het tapijt op de grond. Helen zit naast mij, Prem doet teken dat dichter. In het midden vooraan staat zoals in de kerk een altaar staat, een soort troon van een stoel. Op deze stoel staat haar foto en op de grond staat een foto van haar met rode kruisen en punten versierde voeten. De micro fluit, dat is geen aangenaam geluid.. De groepsmeditatie begint en iedereen activeert zijn of haar kundalini energie. Er wordt gezongen, geklapt en ik kijk toe en onderga het hele gebeuren. De energie stijgt, je voelt de vibraties in de lucht hangen, amai. Twee vrouwen houden een doek voor de stoel, zodat de drie of vier vrouwen die achter het doek zitten niet te zien zijn. Er gebeurt van alles en als het doek valt, staat er een schaal met fruit. Er wordt een bord met warm eten op de stoel gezet, het gezang en het geklap gaat verder. En zoals ze bij ons de hostie gaan halen, gaat nu wie wil naar Shri Mataji haar stoel en geeft zich over, om dan bloemen te ontvangen en in de schaal te leggen. Ik doe dit ook en krijg een sjaal toegestopt. Blijkbaar ben ik dan toch niet ‘fatsoenlijk’ genoeg gekleed. Dan lopen mensen door de zaal, eentje deelt couscous uit, een ander harde zaden, die op erwten lijken en nog iemand gaat rond met een kom kappertjes. Niemand heeft een bord, iedereen maakt een kommetje met zijn handen en daar wordt het eten ingedaan en met de hand opgegeten. Een meisje holt met een drinkbeker door de mensen heen. Ik denk dat er zo’n dertigtal mensen aanwezig zijn en giet het witte brouwsel in hun mond. De beker raakt niemands mond. Na de ceremonie neemt Helen me mee naar de vertrekken waar Shri Mataji een tijdje verbleven heeft. De energie die hier hangt is enorm en als ik mijn handen uitstrek naar haar sari, voel ik heel goed de bekende cold breeze in mijn handpalmen. Helen vertrekt en ik ga terug naar de ruimte waar de ceremonie was, om op mijn gemak al de teksten te lezen. Inspirerend!
Ik besluit om naar de ashram te verhuizen, en na de ochtendmeditatie check ik uit in de Snow Crest Inn,.Het personeel van de Snow Crest Inn lijkt op Fawlty Towers, ik ben daar enorm goed ontvangen en verwend. Maar ik ben nieuwsgierig hoe het leven in de ashram is. Aangekomen in de ashram lijkt het alsof iedereen vertrekt, op de smalle bergweg wuif ik Roland en zijn familie uit. In de ashram zelf vertrekken Prem en zijn vrouw Suchiella. Een andere taxi staat vertrekkens klaar. Ik ga de yoga-ruimte binnen, en die aardige mevrouw, een echte big mamma geeft een meditatie. Als ze klaar is, drukt ze mij bijna plat aan haar borst, zoals een big mama dat doet. Haar taxi staat klaar. Haar zoon zegt tegen me dat ik gerust de meditaties kan begeleiden. Dan stapt de mama uit de auto, doet de koffer open, haalt haar tas eruit en geeft me een cadeau:een sari, een sjaal en een groene stof met bloemen bestikt. Ze zegt dat ik er wel mee naar de kleermaker moet gaan. Als ik op mijn kamer ben, en de stof uitrol, kan ik me niet voorstellen hoe je dat aankrijgt. De sari is wel 8meter lang. De groene stoffen daar weet ik niet wat ik mee moet beginnen. Dan zet ik me in de yoga-ruimte en ontmoet daar Katy van de UK. Ze reist met haar kozijn en mediteert nu omdat ze scheel ziet van de honger. Ze zijn net gearriveerd na een vermoeiende ijskoude busrit. De keuken van de ashram is dicht en ze kreeg te horen dat ze pas iets kan krijgen om 20u30. Divine love? Na haar meditatie geef ik haar mijn cornflakes en een pak koekjes. Een hele familie stapt de yoga-ruimte in en ik geef mijn eerste meditatie-sessie. Is er niemand dan lees ik op mijn gemak, en anders geef ik meditatie-sessies. Sureka heeft me intussen al een rode plek op mijn voorhoofd gegeven. Ik ben benieuwd hoelang die daarop blijft staan, mezelf kennend dat ik altijd met mijn handen in mijn gezicht zit. Het is haar plicht om de rode plekken en strepen te zetten op het voorhoofd en de voeten van Shri Mataji’s foto. Ze is heel lief en ik mag vandaag haar taak doen. ’s Avonds eet ik samen met Katy en Daniël tijdens het avondeten. Daniël is hier naar school geweest en vertelt verhalen dat hij meer in de jungle zat dan in de klas. Als kleine jongen werd hij met enkele andere kinderen op het vliegtuig naar India gezet en belandde hij in een compleet nieuwe omgeving zonder zijn ouders. Bizar. Als ik s’avonds voor de spiegel sta, zie ik dat mijn voorhoofd er rood uitziet en de stip verdwenen is. Die stip beschermt de chakra.
De volgende ochtend aan het ontbijt zit een hele Chinese groep waarvan één gezin met één zoon de school gaat bekijken. Ze nodigen me uit om mee te gaan. Ik ben wel benieuwd naar die school waar ik intussen al veel over gehoord heb. We lopen het pad af en komen aan een poort. Amai, het is hier nogal afgemaakt met prikkeldraad en er zit zelfs een bewaker aan de poort. Onze namen worden genoteerd in een boek en er liggen twee honden aan een korte ketting te slapen. Op het einde van het pad ligt de school. Het is een groot geel gebouw en het idee dat je daar als zesjarige naartoe gestuurd wordt, geeft me een beklemmend gevoel. We doorlopen het terrein. Overal is omheining, voor mij lijkt het op een gevangenis. Terug in het hoofdgebouw hebben de Chinezen een afspraak met het schoolhoofd. Ik zet me neer en ineens komt er iemand naar buiten en slaat met alle macht tegen de gong die aan het plafond hangt te bungelen. Dat is het alternatief voor de bel. Ik verschiet. Dan komen uit alle hoeken kinderen voorbij gestormd in hun pyjama lijkt het. Zowel de meisjes als de jongens dragen een witte broek en een hemd dat op een nachthemd lijkt. Het hemd van de jongens is blauw met verticale witte strepen en het hemd van de meisjes is wit met blauwe strepen. Enkele jongens zijn aan het voetballen met een slappe voetbal, terwijl anderen met een tennisbal aan het gooien zijn. Het is hier een drukke boel. In tussen zijn de Chinezen de pakjes aan het uitdelen aan de Chinese kinderen. Dan ga ik terug. Het hekwerk is er vooral om wilde beesten als luipaarden en beren buiten te houden, want die zitten hier in de jungle. Mijn beeld van een jungle is een oerwoud met lianen en bamboe. Hier heb je naaldbomen en lijken de bossen op de bossen thuis.
De Chinezen gaan naar de kleermaker en ik vraag of ik mee mag, anders zullen de stoffen, stoffen blijven en niet veranderen in kledingstukken. De kleermaker zijn zaak is in een soort garagebox. Hij heeft geen stof, maar er staat een ouderwetse naaimachine die je me de voet moet aandrijven. We worden opgemeten en achter twee dagen is alles klaar. Ik ben benieuwd. De Chinezen zijn uitgenodigd in het Grace Hotel om met yogi Mahajan te lunchen. Ik kan wel met hun mee naar Dharamsala als ik wil, maar dan moet ik daar wat rondhangen, want zij gaan lunchen met Yogi Mahajan. Ze zeggen: “He loves chinese people practising sahaja yoga”. Ik heb geen zin in drukte van het stadje ga terug naar de ashram. De uitbater is helemaal van streek dat ik niet met de Chinezen mee ben. Blijkbaar was ik ook uitgenodigd om te lunchen met de beroemde yogi, de communicatie daar rond was alles behalve duidelijk. Dus tijd om te mediteren en het kopke weer helemaal leeg te maken, want die uitbater weet hoe hij kan inwerken op mijn schuldgevoel. In de meditatieruimte schrijven de twee meisjes die hier werken de chakra’s voor me uit en wat je hoort te zeggen: de mantra’s. Ik krijg hier echt goede uitleg. In de late namiddag komt Daniël langs om te vragen of ik mee wil gaan naar de tempel. Met zijn drieën, Katy, Daniël en ik lopen naar de rivier met zijn enorme keien en baden pootje om dan te beginnen aan de pelgrimstocht naar de tempel die bovenop de berg ligt. Een helse tocht met het lijkt wel duizend trappen die rond de berg omhoog slingeren. Daniël is een berggeit, Katy en ik kunnen hem niet volgen. Mijne tikker gaat en ik stop om op adem te komen. Het uitzicht is prachtig. De bergen met hun bomen die geworteld zijn op de steile hellingen, prachtig. We rusten even en dan komen uit de bomen honderden kleurige parkieten gevlogen die zich laten horen door hun gefluit. Ze vliegen laag en ik vraag me af of dat betekent dat er regen opkomst is. We zetten onze weg verder en komen uit bij een splitsing: links of rechts? Rechts is er soort toegangspoort gemaakt van badkamertegels, op enkele tegels staan de goden. Deze weg nemen we. Het is mistig en de betonnen tredes veranderen in een keien pad. Wauw, wat is dit hier. Hier is een steenlawine geweest. Door de mist is niet te zien hoe steil het hier is. Het pad is echter verandert in een smalle richel, en dat is uitkijken geblazen dat je niet naar beneden dondert. Heelhuids komen we aan aan de overkant. Dan komen er drie tegenliggers om de bocht en zij zeggen dat het nog een half uur is tot aan de tempel. Geiten komen ons al tegemoet en eindelijk hebben we ons doel bereikt. Schoenen uit, want anders mag je de tempel niet in. Eigenlijk is het een klein tempeltje, vlaggen wapperen en we maken foto’s. Intussen is de mist opgetrokken. De school is goed te zien van hieruit. Genieten, dan is het tijd om te vertrekken, willen we voor het donker terug zijn. Daniël rent voor ons uit en wanneer wij terug aan de rivier geraakt zijn, :ligt hij languit in het ijskoude water. Hij komt uit het water en we lopen terug naar de bewoonde wereld. De zon gaat onder, en het bos met zijn keien pad wordt donkerder en donkerder. In het bos zitten beren en luipaarden. Katy rent en is bijna niet te volgen. Ik denk bij mezelf ‘Mijn voeten kennen de weg, ze hebben hem al een paar keer gedaan, dus vertrouw maar op je voeten’. Dit is ook een manier om helemaal in het moment te zijn, amai. Op bepaalde plekken is het spekglad en is het een geluk als je niet op je gezicht gaat. Het is intussen balkdonker, en wij zijn uit de jungle, oef. We zetten ons neer in het Dark Angel Café en laten ons doodmoe in een stoel vallen. Eten en drinken dat is nu wel nodig en de volgende uitdaging dient zich aan: ‘teruggeraken in de ashram’. Je ziet niks, het is balkdonker. Het beste is om links aan te houden, want rechts is de afgrond. Glimwormen geven een beetje licht. We maken een treintje en Katy zingt in tussen het Jungleboeklied.
Na het ontbijt, maak ik een praatje met de manager van het Grace-hotel tegen. Hij vraagt me waar ik gisteren was. Misverstand, zeg ik. Dan stelt hij voor dat ik vandaag ga lunchen met Yogi Mahajan. Ik ben reuzenieuwsgierig naar deze man, dus ik hap onmiddellijk toe. De Chinezen zijn onder de indruk, dat het gisteren fout gelopen was, wuifden zij weg door te zeggen dat ik op zo korte tijd al zo een vooruitgang geboekt heb. Voor mijn uitstap naar deze beroemde yogi, is het toch wel nodig om langs de wasserij te gaan en dan rijd ik mee met Daniël om gedropt te worden in Dharmasala. Het is hier niet toeristisch, ik volg de weg en op de heuvel staat een huis dat uit een sprookjesboek komt. Het is een rood bakstenen gebouw met kleurrijke versieringen en allerlei uitsnijdingen. Vele bloempotten met bloemen in staan op de grond. Het is het Grace-hotel. Ik stap naar binnen en weet al meteen wie yogi Mahajan is. Het is de grote man waarvan een enorme rust uitgaat, hij heeft vriendelijke ogen. Er zitten nog twee mannen. Na een tijdje gepraat te hebben, gaan zij weg. Er komt nog een man, het schoolhoofd van een dorp. Samen met hem ga ik mee met de yogi en we zetten ons aan een ronde tafel. Op de tafel staat een grote ronde glazen draaiplaat, boordevol met heerlijk eten. Je neemt iets van de kom die voor je staat en dan draai je aan de schotel. Dit is zo onwezenlijk. De yogi is een innemend man die weet hoe hij gasten moet ontvangen. Hij vraagt me hoe ik in Dharamsala terechtgekomen ben en ik vertel het hele verhaal. Met een glimlach op zijn gezicht zegt hij: ‘Mother called you’. Hij vraagt me of er veel volk naar de ashram komt voor de meditatie, nadat ik hem vertelde dat ik de zelfrealisatiemeditatie al enkele keren begeleidt heb. ‘Neen’. Wat in mij opkomt, vraag ik hem, en de vraag die niemand tot nu toe kon beantwoorden, stel ik hem: Ik krijg de bevestiging dat één van de incarnaties van Shri Mataji moeder Maria was. Dan vraag ik hem of hij de incarnatie is van Johannes. De kerk Sint John in the wilderness, doet me die associatie maken. Hij lacht en zegt: ‘No, I’m just so simple, humble and human as you are.’. Het is duidelijk dat hij een vooraanstaand persoon is met veel macht. Na het dessert gaan we naar buiten en krijg ik een boek’Great Woman of India’ cadeau van hem. Hij signeert het en schrijft er een boodschap in. In zijn circuit is Yogi Mahajan een heel bekend schrijver. Ik maak nog enkele foto’s en dan is hij verdwenen. In Dharamsala koop ik een Indische plunje. De bus komt pas om 17u, het is ook mogelijk om de jeep te nemen naar McLeodGanj. Dat doe ik, en het duurt even voordat er eentje langskomt die nog plek heeft. Met zijn allen opeengestapeld, rijden we langs de bochtige wegen. Er stapt iemand uit en ik herken deze plek, dus stap ik ook uit en snijd een stuk af. Wandelend naar Dal Lake, bekijk eens goed hoe het golfplaten dak van een woning bedekt is met dikke keien, zodat het niet gaat vliegen. Het is warm en dan ineens zie ik weer die wezels of mongi’s. Grijsbruine fretachtige of wezelachtihe lange dieren met een enorme staart en een smal lijf zitten te smullen van iets wat op het golfplaten dak ligt. Als ik aankom in de ashram, staat er een regenboog. Dat is prachtig. Hij vertrekt tussen de huizen die op de bergwand gebouwd zijn en verdwijnt tussen de wolken, wauw. Na het regenboogmoment, gaan Katy en ik onze was halen en zetten ons in het Dark Angel café waar we iets drinken en eten. Er hangen kleurige lampions in het café dat er meer uitziet als een garage. De muren zijn bedekt met vrolijk gekleurde schilderijen. Wij genieten, het begint te stortregenen en een hele familie komt schuilen in het café. En dat zorgt voor veel vreugde, gelach en plezier in de kleine ruimte, ongelofelijk. De kinderen zijn enorm enthousiast. Het regent keihard en binnen, de poort wordt neergelaten, wat de sfeer nog gezelliger maakt. In tussen is Daniël ook terug van zijn daguitstap en zet zich neer. Wanneer we vertrekken, valt de stroom uit. Ineens is er weer licht, een elektriciteitsmast aan de overkant van de weg vonkt. Het lijkt wel vuurwerk, dan ineens een harde knal gevolgd door een enorme steekvlam. De elektriciteit is weg, en wij staan in het donker en lopen weer terug in de donkere nacht naar de ashram met het verschil dat Daniël zijn gsm als zaklamp gebruikt. ‘Kijk uit een plas’, plets, te laat, natte voeten. Aangekomen in de ashram is het aan het weerlichten. De hemel toont een schouw van bliksemflitsen gevolgd door luide knallen en geroffel. Iedereen zit in zijn stoel naar de lucht te kijken, en na een knal, klinkt er ook een ‘Wauw of ooooh’. Wat een avond!
Vandaag vertrek ik samen met Katy en Daniël of dat is het plan. De rugzak wordt gemaakt, nog een meditatiemoment in de ruimtes van Shir Mataji. Hier staat haar bed, maar ook een enorme zilverkleurige troon, bedekt met rood fluweel, waarop haar foto staat. In een vitrinekast ligt een kroon die ze tijdens een puja droeg. Na de meditatie ontmoet ik de leerkrachten van de school die buiten op een stoel zitten. De onderhoudsman zegt me dat er ook kinderen van België zijn in deze school. Hij vraagt aan één van de kinderen om een Belgisch kindje te halen. Dan maak ik kennis met een meisje dat volgende maand 12jaar wordt. Ze zit al zes jaar op deze school en mist haar mama enorm. Dat is echt schrijnend, een andere school is geen optie want al haar vrienden zitten hier op school. Ik ben er niet goed van. De leerkrachten zijn wel enorm warm en hartelijk, maar toch gaat deze vorm van onthechting mij te ver. Het kind is enorm ontgoocheld dat ik vandaag vertrek. We nemen afscheid en samen met Katy en Daniël gaan we nog een laatste keer naar de rivier. Daniël stelt voor om de shortcut te nemen. We lopen naar het padje dat we beneden zien lopen en ik zeg: “oh, ik dacht dat je recht naar beneden wilde gaan’. ‘Dat bedoelde ik ook’, zegt hij, terwijl we op het pad lopen. Het pad verandert in een rotsenpad en is eigenlijk geen pad meer, dus toch een shortcut. Voorzichtig en heel langzaam klauter ik naar beneden. We komen uit bij de rivier, maar niet op het dieptepunt. Ik wil niet verder, want ik zie het niet zitten om heel die berg terug op te klauteren. Daniël gaat alleen verder, Katy en ik gaan terug. We hebben ons nog maar net gedraaid of Katy mistrapt zich en glijdt een stukje naar beneden. Ik verschrik hiervan. Dit is niet echt leuk. We lopen door en het pad is weg, als er al ooit één was geweest. Het is het geitenpad en die lopen overal. De hele tijd worden we geattaqueerd door kleine zwarte wormpjes: het zijn bloedzuigers. Ze kruipen tegen onze schoenen aan en zetten de aanval in naar boven om zich aan ons te goed te kunnen doen. Brrrr. Katy voelt iets in haar laars, aan haar sok hangt bloed. ‘Zit er een bloedzuiger in haar laars?’ Ik ga niet voelen en zij ook niet, dus gaat zij verder op haar sok en hinkelt in het gras waar het krioelt van de bloedzuigers. Eindelijk zien we de huizen terug, en even later zijn we weer boven waar we op het beton gaan zitten om bloedzuigers te vermijden en om uit te blazen. Amai, dit was hels, kletsnat van het zweten zijn we. Nog een stukje en dan zetten we ons neer onder de bomen van Sonny’s café, drinken een mangosapje, bestellen iets te eten en genieten van onze lunch. Wanneer we bijna klaar zijn, komt Sonny aangelopen en zegt ‘You’re friend has broken his arm.’. Met nieuws dat Daniël zijn arm gebroken heeft, gaan we kijken wat er aan de hand is, en aangekomen in de ashram roept Daniël ‘Katy’.. Hij komt van de ziekenboeg van de school, waar ze hem iets gegeven hebben tegen de pijn. Een aspirine of een ander licht medicament wat werkt bij een zesjarige, maar niet bij hem. Hij zet zich neer op een stoel en het zweet loopt in straaltjes water van zijn gezicht. Een taxi komt eraan om hem naar het ziekenhuis te brengen. De chauffeur rijdt langzaam om de hobbels te vermijden naar een ziekenhuis. Het duurt een eeuwigheid vooraleer we in het ziekenhuis van Dharamshala aankomen. Het is hopeloos verouderd en vuil. Op de spoed staan vier van die ijzeren voorhistorische bedden met een vuile matras en in één ervan ligt een man die aan een monitor hangt. De muren zijn enorm vuil, net als de ramen waar je door de viezigheid niet meer door kan kijken. Op een ijzeren bak is een wit papier geplakt met een alcoholstift staat er geschreven ‘Injections’. De dokter onderzoekt Daniël en geeft hem een spuit om hem vervolgens door te sturen naar het het ziekenhuis van Kangra. .In Kangra is het niet veel beter, de receptie stuurt ons naar een ruimte. Een dokteres in het roze zegt dat we eerst naar de radiologie moeten en dan naar de orthopeed. Wachtend tot Daniël aan de beurt is voor een foto van zijn schouder, valt de stroom een paar keer uit. Dat belooft, goed dat hij niet geopereerd moet worden. Door het ziekenhuis rijden mensen met een brancard rond met een familielid op. Die brancard is van ijzer en de zieke ligt op de ijzeren plaat. Ik vind dit een beangstigend zicht en het doet me meer denken aan iets wat in een lijkenhuis thuishoort. Op de radiologie wordt Daniël pasgeholpen als hij de rekening betaald heeft, dus lopen Katy en ik terug om dit in orde te brengen. Wat een rompslomp, hier. We maken ons zorgen of we voldoende geld hebben. Het bedrag is belachelijk 30 roepies, dat is nog geen 50 eurocent. De foto wordt gemaakt en dan is het op naar de volgende. Ik wacht op de gang tot Katy mij komt halen. Dat ziekenhuis is echt niet te doen. Zo vuil en vies, de watten met gestold bloed worden niet opgeruimd en slingeren gewoon rond. In de ruimte waar men geholpen wordt, als je daar al terecht komt, voor hetzelfde geld is het meteen op de plek waar je staat, is de vloer nat, ligt er bloed en een kom met plaaster staat op de grond, bah. Dit is echt niet te doen. Katy en ik gaan zo een ding halen waar hij zijn arm in kan hangen. De taxichauffeur staat te wachten en hij weet waar de ‘apotheek’ is. Naast de apotheek kan je drank en snacks kopen. In dit deel van India zijn plasticzakken verboden! Onze aankopen worden gestopt in een enorme geelgekleurde zak waar ooit hondenvoer in zat. Na vier uren zit de schouder terug op zijn plek, moet er nog een foto gemaakt worden als controle voordat we kunnen vertrekken. Maar ook deze X-ray moet eerst vooraf betaald worden. Nog een laatste check-up in de gang door de dokter, het voorschrift wordt op een stuk papier geschreven, en we kunnen vertrekken na eerst nog een bezoek aan de apotheek. In tussen is het donker en onderweg brandt de kerstversiering overal in de ramen. Daharmasala is megagroot, als je al die lichtjes ziet. Een tractor als tegenligger, heft zijn bak op om door te kunnen. Eindelijk zijn we weer terug en hebben de bus gemist naar Daradhun. Dus we blijven nog een nacht langer in Naddi.

  • 20 Juli 2012 - 12:38

    Saskia:

    volgens mij maak je daar in een korte tijd meer dingen mee dan hier in een lange tijd! Voortaan maar een zaklamp (en een gids! haha) meenemen als je op stap gaat. Laatste weekje Sabine, tijd vliegt! Veel plezier, groetjes uit Nederland!

  • 24 Juli 2012 - 12:24

    Hi Sabine,:

    Wat een belevenissen! Heerlijk ! Als ik dit lees dan kan ik niet wachten tot ik zelf kan gaan. Maar gelukkig hoef ik niet zo lang te wachten want as vrijdag kan ik, samen met ronnie (mijn man) het vliegtuig in op naar amerika te vliegen. Hier gaan we rondreizen in vnl california.

    Vele groetjes en nog onwijs veel plezier!
    Hetty
    Ps ik zie dat je nog 11 andere landen bezocht hebt, wij moeten echt een keer iets afsprekken, ha, ha.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: India, Dharamsala

Sabine

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 427
Totaal aantal bezoekers 104226

Voorgaande reizen:

22 Juni 2016 - 22 Juli 2016

In de voetsporen van Genghis Kahn!

07 Augustus 2012 - 10 Augustus 2012

Wandelen

25 Juni 2012 - 29 Juli 2012

India

30 Juni 2010 - 29 Juli 2010

Salsa en mojito

23 Juni 2009 - 24 Augustus 2009

Het land van de glimlach

08 Oktober 2007 - 08 Oktober 2007

Mijn eerste reis

Landen bezocht: