Waanzin
Door: sabine_cuyvers@hotmail.com
Blijf op de hoogte en volg Sabine
16 April 2008 | Guatemala, Guatemala-stad
Deze lichte slaper wordt wakker als Nicky en Liesbeth hun spullen aan het inpakken zijn. Dat is goed, want ik had nog geen afscheid van hen kunnen nemen. Zij vertrekken en ik duik terug mijn bed in. Na mijn ontbijt en een poging op het internet staat een kerel met cowboyhoed aan de balie. Het is de buschauffeur naar Semuc Champey. Ik ben de eerste die opgepikt wordt en heb dus keuze in de kleine mini-bus. Ik zet mij achter de chauffeur, zodat ik mijn voeten op het verhoog kan zetten en mijn knieen ruimte hebben. Dan stapt Beata, een Poolse die al 30 jaar in Zweden woont op de bus en Pipi uit Bilbao (Spanje), 2 Braziliaanse kerels en het gezelschap is compleet. Het is een gezellige rit. Bea vertelt dat in het meer van Flores kleine alligators zitten, slik. In elk geval ben ik er gene tegengekomen, oef. Een veerpont brengt onze minibus naar de overkant. Het is hier een drukke bedoening. File om op het pont te geraken. En dan rijden we weer verder. Na Coban verandert het landschap in prachtig gebergte met dennenbomen die takken hebben als plumeau's. Verschillende soorten palmen, en vele bochten later staan we met zijn allen voor de deur van Las Marias. Helemaal bovenaan op een berg, de trap is hier provisoir gemaakt staat een soort houten bungalow. Hier slapen Pipi, Bea en ik. De mannen hebben een kamer die verder naar beneden ligt. Het avondeten wordt geserveerd. HIer heb je echt het gevoel op kamp te zijn. Iedereen zit samen en krijgt dezelfde kost voorgeschoteld. Iets voor tien haast iedereen zich naar zijn kamer. Porque? Om tien uur is er hier geen stroom meer. Met mijn pillamp zoek ik mijn spullen in mijn rugzak. Echt op mijn gemak ben ik niet in deze houten barak met zijn houten planken en reuze spleten. De spin in Palenque ben ik nog niet vergeten en dit is hier ook weer jungle. Ik hoor van allerlei geluiden en mijn fantasie slaat op hol. Ik krijg hier jeuk van. Gelukkig val ik toch diep gedoken in mijn lakenzak in slaap. We zijn vroeg wakker en als ik opsta, zit er een zwarte aap voor de deur. Hij heeft een halsband aan, het is de huisaap. De deur doe ik direct dicht, wie weet wat dat beest allemaal kan gebruiken en na een schorpioen in mijn kleren, staat het idee van een aap in mijn kleren mijn niet aan. OK, iedereen zijn zwemkleren aan, we vertrekken met zijn allen op tour... Vreemd om daar zo in bikini rond te lopen. Het uitzicht is prachtig, een rivier en bergen op de achtergrond. De eerste stop: een schommel aan de rand van de rivier. Een kerel zet zich op de schommel, een andere kerel trekt de schommel omhoog en daar gaat hij... hij springt van de schommel en valt in de rivier, sjiek. Verschillende mannen doen hem na, de vrouwen bekijken het en wagen er zich niet aan, behalve... deze Jane. En daar zit ik dan op een houten knuppel en wordt omhoog getrokken. Spannend. De kerel duwt mij en ik zwier de lucht in over de rivier. 'Ahora' klinkt het aan de andere kant en daar springt Jane de rivier in. 'Shit, maat, dit loopt mis'. Ontzet kijkt iedereen toe hoe ik horizontaal op het water val. Manneke, dit lijkt wel alsof ik mijn laatste adem uitblaas. Mijn voorkant plat tegen mijn achterkant en vanaf nu is het cup AA. Ik kom boven en ademen lukt niet. Beangstigend, mijn voorganger staat nog aan de kant en helpt mij uit het water. En dan, komt de aap uit de mouw. Al die mannen hebben zich bezeerd tijdens deze onzinnige sprong en geen kat die dat zegt. Ene type heeft nog altijd moeite met ademen. Dit is nog maar het begin. Het springen van de schommel is hiermee gedaan en wij gaan verder... aan de ingang van een grot krijgt elkeen een witte kaars. Er staat water in de grot. Ik neem mijn witte kaars aan en als deze aangestoken is, stap ik het water in. Niet simpel om te wandelen met je voeten in het water. Ik zie niet of het water diep is ofdat er stenen zijn. Schuifelend loop ik verder. Als iedereen zijn kaars heeft en in het water staat, lopen we verder. VLeermuizen hangen tegen het plafond te bungelen, brrrr. Schuifel, schuifel,... het water wordt dieper en ik sta er al tot mijn knieen in. Stalagmieten en stalagtieten in de vorm van reuzegrote djembe's, prachtig. In tussen zijn mijn heupen ook al in het water verdwenen en wandelen we verder. Het is echt prachtig. Rechts houden, daar kan je op de stenen lopen, meer in het midden voel je de bodem niet meer en is het zwemmen met een kaars. File, een ijzeren trapladder leidt omhoog. KLauterend op een grote steen in het water, reik ik naar de trapladder. Mijn voeten passen niet op de sporten. Ik klim omhoog, niet wetend wat me daar te wachten staat... een andere trapladder ligt op een grote rots die zachtjes omhoog gaat. Oppassen dat je je hoofd en rug niet bezeerd, want het is hier heel smal. Echt spannend, ik houd mijn kaars vastgeklemd en gespannen ga ik verder. Ongelooflijk is het hier. Dan staan we in een open ruimte en klauteren we via stenen naar beneden het water in. We zwemmen verder en ik houd mijn kaars nog altijd krampachtig vast. Klimmend en klauterend over stenen en door het water wadend, komen we langzaam vooruit. Een waterval in de grotten, hier hangt een touw. Ik neem het touw en klim in het stromende water naar boven. Stoer. Daarna klim ik op een grote rots en spring ervanaf. Als een bommetje val ik in het water en zorg dat dat goed spetterd. Mijn kaars staat aan de kant. Een lange gang, hier zwemmen we door. De kaars omhooghoudend en af en toe watertrappelend geraak ik langzaam vooruit. Een open plek met een rots die klinkt als een trommel. De gids vraagt dat iedereen zijn kaars uitdoet. Aiaiai, daar zitten we dan samen stil te zijn in het donker. Het lijkt wel een meditatie. Kaarsen terug aan en wij gaan terug. Het is niet simpel om op de ijzeren ladders te geraken. De gids neemt een voet en leidt hem naar de juiste sport. Ik geraak beneden. Zwemmend terug, mijn kaars is nog maar een stompje. Akelig. En dan is ze uit. De gids heeft een ander stompje en van 2 stompjes wordt terug een kaarsje gemaakt. Een andere waterval tussen 2 rotsen. Ik wring mij naar de andere kant en hang tusen de 2 rotsen te bungelen. Geklemd door mijn heupen, hang ik daar op mijn gemak en dan laat ik mij vallen en belandt in het water. Dit is spannend. Verderzwemmend, het water wordt ondiep en ik loop... licht... en even later sta ik daar met de rest en hebben we het over deze ongeloofelijke tocht, die nog niet ten einde is. Met zijn allen wandelen we naar de rivier, waar iedereen een autoband krijgt. Drijvend op de autoband in de stroming van de rivier gaan we terug richting Las Marias. Een tussenstop wordt gemaakt aan de brug en wie zin heeft, mag van de brug afspringen. Ik blijf in mijn autoband liggen, want mijn lijf doet nog altijd zeer van mijn sprong van de schommel. Toekijkend hoe sommigen van de rots en andere van de brug springen, geniet ik van het dobberen op het water. Wordt vervolgd